Een rentebeslissing van de Amerikaanse centrale bank kon nog niet eens zo heel lang geleden financiële markten op hun grondvesten doen schudden. Een onverwachte renteverhoging kon aandelenkoersen soms met een of enkele procenten omlaag jagen. In de jaren negentig en aan het begin van deze eeuw trokken centrale bankiers zich namelijk niets aan van de beleggingswereld en focusten ze zich op hun kerntaak: zorgen dat de inflatie op of net onder de 2 procent uitkomt, eventueel gecombineerd met het promoten van de werkgelegenheid. Tegenwoordig hebben ze er bijna een dagtaak aan om hun plannen zo duidelijk mogelijk en ver van tevoren naar buiten te brengen, om te voorkomen dat er onrust uitbreekt op de aandelenmarkten.
Saaie bedoening. Of niet?
Vanuit dit opzicht lijkt de vergadering van de Europese Centrale Bank (ECB) volgende week een saaie bedoening te worden. Vooral ook omdat de bank bij de vorige bijeenkomst in september veel belangrijke beslissingen vooruit heeft geschoven naar de vergadering in december. Dat neemt niet weg dat er sinds de september-bijeenkomst behoorlijk wat veranderd is. Als gevolg van de oplopende aardgasprijs is de inflatie in de eurozone opgelopen tot 3,4 procent op jaarbasis. Dat is het hoogste niveau in 13 jaar. Hierdoor neemt de druk toe op de ECB om toe te werken naar een beleidswijziging. De bank zou bijvoorbeeld aan kunnen kondigen dat het minder (staats)obligaties en andere activa gaat inkopen. Of het echt zo ver komt, hangt er voor een groot deel vanaf of de Duitse economie op stoom blijft.
Onverwachte groeivertraging
Vorige week heeft een samenwerking van de belangrijkste economische bureaus in Duitsland de groeiverwachting voor het lopende jaar verlaagd van 3,7 naar 2,4 procent. De instituten maken zich zorgen over tekorten aan chips en andere onderdelen en over vertragingen in toeleveringsketens, onder meer door containertekorten. Hierdoor wordt met spanning uitgekeken naar de publicatie van de Ifo-index komende maandag. Deze index daalde al van 101,8 in juni tot 98,8 vorige maand. Als die terugval doorzet, is dat een aanwijzing dat Duitse ondernemers de toekomst minder zonnig inzien. Aangezien Duitsland nog steeds de motor is van de Europese economie, kan de ECB het zich bij een zwakke Ifo-index ondanks de oplopende inflatie niet permitteren om al een voorschot te nemen op een beleidsomslag.
Glijvlucht van de euro
Bij een onderzoek van Deutsche Bank gaf 46 procent van de ondervraagden aan dat ze verwachten dat de ECB te laat ingrijpt. Dit percentage ligt iets lager bij de Amerikaanse centrale bank (42 procent) en zelfs een flink stuk lager bij de Bank of England (20 procent). Economen verwachten dat de ECB pas eind 2023 de rente verhoogt. Dan heeft de Federal Reserve er mogelijk al een aantal rentezetten opzitten. Aan de overkant van het Kanaal lijkt de Britse rente zelfs in de eerste helft van volgend jaar al omhoog te gaan. Europa hobbelt er op rentegebied achteraan en dat wordt weerspiegeld in de koers van de euro. Die heeft dit jaar 5% verloren ten opzichte van de dollar en 7% in vergelijking met het pond. Zoals het er nu naar uitziet, komt voorlopig geen verandering in de glijvlucht van de euro.
Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld. Deze column geeft zijn persoonlijke mening weer en is niet bedoeld als professioneel (beleggings)advies.